De interne competitie is verdeeld in vier perioden waarin telkens een halve competitie wordt gespeeld. De twee hoogst geëindigde spelers van de overige poules promoveren naar de eerstvolgende hogere poule. De twee laagst geklasseerde spelers van elke poule met uitzondering van de laatste poule, degraderen naar de eerstvolgende lagere poule. De wedstrijdleider kan hiervan afwijken indien bij aanvang van een nieuwe periode diverse schakers zich af- dan wel aanmelden.
Het speeltempo is 40 zetten in 1 uur en 45 minuten. Na de 40-ste zet van zwart worden de klokken van beide spelers 15 minuten teruggezet, waarna de partij in de resterende tijd moet worden beslist. Partijen kunnen niet worden afgebroken. De deelnemers worden naar sterkte in poules van zes ingedeeld. De sterkste spelers in poule A, de daaropvolgende sterkste in poule B, enz.
Op 5 achtereenvolgende dinsdagavonden wordt de competitie gespeeld. Voor de wedstrijden die om welke reden dan ook niet door konden gaan, worden aansluitend minimaal twee inhaaldagen gereserveerd. Na afloop van de periode wordt de stand opgemaakt. De winnaar van de A-poule is periode-kampioen en speelt aan het einde van het schaakseizoen met de andere periode-kampioenen om het clubkampioenschap. De winnaar van deze na-competitie is clubkampioen en ontvangt de Siem Boonen-trofee.